19 december 1979: Troep op de KEMA-stoep
|
Voorbereiding dumpingsoperatie: politie wil mogen schieten op menigte
Dertig anti-kernenergie activisten/es bezetten de kamer van de Commissaris van de Koningin in Noord-Holland in het provinciehuis in Haarlem. Na drie uur op z'n kamer te hebben gezeten, wordt er een verklaring voorgelezen. De onderhandelingen met Roel de Wit leveren niets op dan wat aardige, begrijpende edoch geslepen taal. Na het gesprek verlaat iedereen vrijwillig het gebouw. Buiten is er nog een felle charge, omdat er een leus geverfd wordt.
Tijdens de bezetting zijn er geheime notulen van de voorbereidende vergaderingen over de dumpingoperatie gevonden en gefotografeerd. De papieren onthullen veel over de militaire manier van denken die uiteindelijk geleid heeft tot die slinkse geheime operatie: het vervroegen van de transporten.
Het meest schokkend is de discussie die tijdens het opstellen van het draaiboek woedt, over de bevoegdheid van de politie om in gevaarlijke situaties te schieten. De politie is niet gelukkig met de beperkte mogelijkheden die zij heeft om het vuur op een menigte te openen. Zij wil meer bevoegdheden hebben, minder remmen die het vuurwapengebruik tegen moeten gaan. Bijna de gehele vergadering is het met ze eens! Alleen de ambtenaar van Binnenlandse Zaken blijft op de lijn van het Ministerie. De vergadering wordt dan ook door de minister stevig op de vingers getikt: de politie mag pas schieten als "er een levensbedreigende situatie is én als de dader te individualiseren is". De discussie gaat ook over het inzetten van traangas; het ontruimen van de blokkades mag niet te lang duren. Men verwacht 1800 á 1900 ME'ers nodig te hebben voor de gehele dumpingoperatie. Door de truc van De Wit, vervroeging van de transporten, zijn dat er wat minder geworden. De acties echter, zijn alleen maar heviger en ongrijpbaarder geworden.